hieuw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hieuw    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hieuw

Werkwoord

vervoeging van
houwen

hieuw

  1. enkelvoud verleden tijd van houwen
    • Ik hieuw. 
    • Jij hieuw. 
    • Hij, zij, het hieuw. 
vervoeging van
hieuwen

hieuw

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hieuwen
    • Ik hieuw. 
  2. gebiedende wijs van hieuwen
    • Hieuw! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hieuwen
    • Hieuw je? 

Gangbaarheid

  • Het woord hieuw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
21 %van de Nederlanders;
13 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.