hvit
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: /ʋiːt/
Woordafbreking
- hvit
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse woord hvítr.
Bijvoeglijk naamwoord
hvit
- (kleur) wit
- «En dyrepasser ble revet i hjel av en hvit tiger i en dyrepark på New Zealand.»
- Er werd een dierenverzorger gedood door een witte tijger in een dierentuin in Nieuw-Zeeland.
- «En dyrepasser ble revet i hjel av en hvit tiger i en dyrepark på New Zealand.»
Verbuiging
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | hvit | hvitere | hvitest |
o enkelvoud | hvitt | |||
meervoud | hvite | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
hvite | hvitere | hviteste |
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
- hviterussisk, Hviterussland, hvithodehavørn, hvithval, hvitkinngås, hvitløk, Hvitnilen, hvitrev, hvitt gull, hvitting, hvitveis, hvitvin
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.