inboren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inboren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·bo·ren
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

inboren [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
inboren
boorde in
ingeboord
zwak -d volledig
  1. met een draaiende beweging een gat maken in een voorwerp
  2. met een kogel een gat maken in een voorwerp
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
  • iemand de grond inboren
zeggen dat iemand niet goed is; zeggen dat iemand het niet goed doet
  Misschien wel het flauwste en gemakzuchtigste wat een recensent kan doen, is een schrijver de grond inboren op basis van een paar ongelukkige zinnen. [2] 
  Thijs Zonneveld: „Ik vind het jammer dat zij dit idee zomaar de grond inboren, terwijl je toch ziet dat het enorm veel creativiteit en innovatieve kracht heeft losgemaakt.” [3] 

Gangbaarheid

  • Het woord inboren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.