jaag aan

Uitspraak

• Geluid:  jaag aan    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• jaag aan

Woordherkomst en -opbouw

• uit jaag (werkwoord) en aan, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

jaag aan

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanjagen
   

   • Ik jaag aan. 

2. gebiedende wijs van aanjagen
   

   • Jaag aan! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanjagen
   

   • Jaag je aan? 

Gangbaarheid

• Het woord jaag aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.