kapotwerken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kapotwerken (hulp, bestand)
- IPA: / kaˈpɔtwɛrkə(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- ka·pot·wer·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kapot bn en werken ww [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kapotwerken |
werkte kapot |
kapotgewerkt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
zich kapotwerken
- wederkerend zich erg inspannen tot uitputting volgt
- ▸ Sommigen doen uitstekend werk, en de hulpverlening in Darfur wordt praktisch gerund door gemotiveerde jongeren die zich kapotwerken.[2]
- ▸ De mannen moesten als slaaf de mijnen in, op zoek naar goud, doorwerken tot ze dood waren. De vrouwen moesten zich kapotwerken op cassaveplantages – ze hadden geen melk meer in hun borsten om hun pasgeboren baby's te voeden.[3]
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord kapotwerken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Caroline de Gruyter“Jan Pronk vertelt ambassadeurs over zijn dromen” (31 mei 2008) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Zihni Özdil“Haal het standbeeld neer, maar verbrand niet het boek” (13 juni 2020) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.