koekte samen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  koekte samen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • koek·te sa·men
Woordherkomst en -opbouw

uit koekte (werkwoord) en samen, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
samenkoeken

koekte (...) samen

  1. enkelvoud verleden tijd van samenkoeken
    • Ik koekte samen. 
    • Jij koekte samen. 
    • Hij, zij, het koekte samen. 

Gangbaarheid

  • Het woord koekte samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.