kranig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kranig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kra·nig
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘flink’ voor het eerst aangetroffen in 1866 [1]
  • afleiding met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen kranigkranigerkranigst
verbogen kranigekranigerekranigste
partitief kranigskranigers-

Bijvoeglijk naamwoord

kranig

  1. met moed en kracht, niet kleinzerig
    • De kranige jongen gaf geen kik toen hij een prik kreeg. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord kranig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.