lakken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lakken    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lak·ken

Zelfstandig naamwoord

delakkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord lak
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lakken
lakte
gelakt
zwak -t volledig

Werkwoord

lakken

  1. overgankelijk van een laklaag voorzien
    • Die houten boot van je mag wel eens opnieuw gelakt worden. 

Gangbaarheid

  • Het woord lakken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.