loftuit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  loftuit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɔftœyt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • lof·tuit

Werkwoord

vervoeging van
loftuiten

loftuit

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van loftuiten
    • Ik loftuit. 
  2. gebiedende wijs van loftuiten
    • Loftuit! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van loftuiten
    • Loftuit je? 
    • De plaatselijke afdelingsvoorzitter glanst, prijst en pronkt. De godheid rijst op en loftuit terug. [1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'loftuit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.