loga

Angelsaksisch

Zelfstandig naamwoord

loġa m

  1. leugenaar

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /lɔga/
Woordafbreking
  • lo·ga

Zelfstandig naamwoord

loga

  1. genitief enkelvoud van logo
  2. nominatief meervoud van logo
  3. accusatief meervoud van logo
  4. vocatief meervoud van logo
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.