loop vast

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  loop vast    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlop ˈvɑst/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • loop vast
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
vastlopen

loop (…) vast

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastlopen
    • Ik loop vast. 
  2. gebiedende wijs van vastlopen
    • Loop vast! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastlopen
    • Loop je vast? 

Gangbaarheid

  • Het woord loop vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.