mandibels

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mandibels    (hulp, bestand)
  • IPA: /mɑnˈdibəls/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • man·di·bels
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

demandibelsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord mandibel
    • Het geritsel van de miljoenen mandibels en vleugels en achterpoten van die treksprinkhanen wordt een dreun, een zucht, een aardbeving... [1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'mandibels' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.