mattie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mattie    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɑti/
Woordafbreking
  • mat·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mattie matties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

demattiem

  1. (jongerentaal) vriend, kameraad
    • Mag ik jouw fiets gewoon houden? Jij bent echt mijn mattie! 

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord mattie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.