moppen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: moppen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmɔpə(n) / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- mop·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
moppen /'mɔpə(n)/ |
mopte /mɔptə/ |
gemopt /ɣəmɔpt/ |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
moppen
- overgankelijk dweilen met een zwabber
- Hij mopt de vloer elke dag.
Zelfstandig naamwoord
de moppen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord mop
Gangbaarheid
- Het woord moppen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "moppen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Duits
Werkwoord
moppen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.