nestig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nestig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • nes·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen nestignestigernestigst
verbogen nestigenestigerenestigste
partitief nestigsnestigers-

Bijvoeglijk naamwoord

nestig [2]

  1. met betrekking tot meisjes: nuffig, nesterig, bits, humeurig
  2. klein, nietig, onbeduidend
  3. vuil

Gangbaarheid

  • Het woord nestig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
35 %van de Nederlanders;
52 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.