niet-noodzakelijke

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  niet-noodzakelijke    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˈnitnotˌsakələkə / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • niet-nood·za·ke·lij·ke
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

niet-noodzakelijke

  1. verbogen vorm van de stellende trap van niet-noodzakelijk
    ▸ Alle scholen, cafés, restaurants en niet-noodzakelijke winkels zijn gesloten.[1]
Opmerkingen
  • Deze vorm kan worden gebruikt om aan te geven dat het ontbreken van de noodzaak als een zelfstandig kenmerk wordt gezien; gewoonlijk is de juiste schrijfwijze met een spatie: het niet noodzakelijke koppelteken hoort dan achterwege te blijven.

Gangbaarheid

  • Het woord 'niet-noodzakelijke' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron
    Kim Bos & Floor Rusman
    “Al die ruimte om zelf te beslissen leidt maar tot verwarring” (13 maart 2020) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.