nieuwverworven
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: nieuwverworven (hulp, bestand)
Woordafbreking
- nieuw·ver·wor·ven
| stellend | |
|---|---|
| onverbogen | nieuwverworven |
| verbogen | |
| partitief | nieuwverworvens |
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van nieuw bw en verworven bn
Bijvoeglijk naamwoord
nieuwverworven
- recent verkregen; recent geleerd
- ▸ `Je bent chili,'zei Menno laatst tegen haar. Elza is graag 'chili' in de ogen van haar kleinzoon en nooit te beroerd om te strooien met haar nieuwverworven kennis.[1]
- ▸ De executeur-testamentair wist Don een maand geleden via de sociale dienst op te sporen. Een van de eerste dingen die hij met zijn nieuwverworven rijkdom deed was Paul Mahder, eigenaar van de Blue Room Gallery, bedanken voor het respect dat die hem altijd betoonde.[2]
Gangbaarheid
- Het woord nieuwverworven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Carla de Jong“Geheim leven” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026346132
- ↑ Weblink bron “Ex-inbreker deelt geld uit” (23 juli 2004), Reformatorisch Dagblad
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.