numerare

Latijn

Woordafbreking
  • nu·me·ra·re
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van numerus met het achtervoegsel -are.
stamtijd
infinitief 1e pers. enk.
ind. praes. act.
1e pers. enk.
ind. perf. act.
supinum
numerāre numero numerāvi numerātus
eerste vervoeging volledig

Werkwoord

nŭmĕrāre

  1. tellen, berekenen
  2. bezitten; postklassiek
  3. neertellen, betalen
  4. opsommen; metaforisch
  5. beschouwen als
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.