ongeslepen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ongeslepen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • on·ge·sle·pen
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen ongeslepen
verbogen
partitief ongeslepenss-

Bijvoeglijk naamwoord

ongeslepen [1]

  1. niet sluw of doortrapt
  2. ruw omdat iets nog geslepen moet worden
     En kijk hier eens, juffrouw Jessie, deze hartvormige, ongeslepen steen.[2]
     De koninklijke accessoires zijn namelijk versierd met diamanten afkomstig van de Cullinan. Deze grootste ongeslepen diamant ter wereld werd begin vorige eeuw gevonden in Zuid-Afrika, toen een Britse kolonie.[3]
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord ongeslepen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Victoria Holt
    “De geheimzinnige echtgenoot” (1976), Saga, ISBN 9788726955644
  3. Weblink bron “Charles 'erft' Gemenebest: hoe zal hij omgaan met Britse koloniale verleden?” (vrijdag 9 september 2022, 18:20), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.