overluid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: overluid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- over·luid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van over vz en luid bn [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | overluid | overluider | overluidst |
verbogen | overluide | overluidere | overluidste |
partitief | overluids | overluiders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
overluid [2]
- te lawaaierig; op een hinderlijke manier luid
- ▸ 'Heere, zegen deze spijze,' bad Jaap overluid als bij grootmoe.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord overluid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.