pavillon

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  pavillon    (hulp, bestand)
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  pavillon     le pavillon     pavillons     les pavillons  

Zelfstandig naamwoord

pavillon m

  1. (wonen) paviljoen
  2. (wonen) klein huis
  3. (scheepvaart) natievlag, nationaliteitsvlag, rederijvlag, seinvlag
  4. (anatomie) oorschelp
  5. geluidstrechter
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.