penaal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  penaal    (hulp, bestand)
  • IPA: /peˈnal/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • pe·naal
Woordherkomst en -opbouw
  • van Frans pénal, op te vatten als afgeleid van pene met het achtervoegsel -aal; in de betekenis van ‘m.b.t. het strafrecht’ voor het eerst aangetroffen in 1527 [1][2][3]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen penaalpenalerpenaalst
verbogen penalepenalerepenaalste
partitief penaalspenalers-

Bijvoeglijk naamwoord

penaal

  1. strafrechtelijk
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord penaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
26 %van de Nederlanders;
60 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.