peser

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  peser    (hulp, bestand)

Werkwoord

peser

  1. (spreektaal) goed zijn voor, waard zijn
    «Cette affaire pèse 10.000 euros.»
    Die deal is goed voor 10.000 euro. [1]
  2. (spreektaal) veel poen hebben, veel geld verdienen
    «Bientôt, j’vais peser gros.»
    Binnenkort ga ik veel geld verdienen. [1]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.