pijnigt af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: pijnigt af (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pijĀ·nigt af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afpijnigen |
pijnigt (...) af
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen
- Jij pijnigt af.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen
- Hij pijnigt af.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpijnigen
- Pijnigt af!
Gangbaarheid
- Het woord pijnigt af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.