plokken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plokken    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈplɔkə(n)/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • plok·ken
Woordherkomst en -opbouw
  •  plok zn  met de uitgang -en

Zelfstandig naamwoord

deplokkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord plok

Gangbaarheid

  • Het woord plokken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
31 %van de Nederlanders;
26 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.