politiek-bestuurlijk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: politiek-bestuurlijk (hulp, bestand)
- IPA: / poliˈtiɡbəˌstyrlək / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- po·li·tiek-be·stuur·lijk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van politiek bn en bestuurlijk bn geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 6.D
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | politiek-bestuurlijk | politiek-bestuurlijker | politiek-bestuurlijkst |
verbogen | politiek-bestuurlijke | politiek-bestuurlijkere | politiek-bestuurlijkste |
partitief | politiek-bestuurlijks | politiek-bestuurlijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
politiek-bestuurlijk
- (regering) waarbij zowel de praktische besturing van een overheidsorganisatie als idealen en partijbelangen van belang zijn
- ▸ Maar men kwam erachter dat politieke kennis véél belangrijker was dan vakkennis. Er sneuvelden namelijk te veel ministers voortijdig, juist vanwege hun gebrekkige politiek-bestuurlijke inzicht.[1]
- ▸ Je hoort af en toe beweren dat na de Tweede Wereldoorlog militair ingrijpen door de VS nooit tot iets goeds heeft geleid. Dat klopt niet: Zuid-Korea, Koeweit en Joegoslavië (waaronder Kosovo) zijn voorbeelden van het tegendeel. Een voorwaarde voor (relatief) succes lijkt dat het te beschermen land in ieder geval politiek-bestuurlijk op eigen benen kan staan.[2]
Gangbaarheid
- Het woord politiek-bestuurlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Carla van Baalen geciteerd door Arnold de Groot“Is voor een minister vakkennis vereist, of zijn politieke vaardigheden belangrijker?” (7 januari 2022) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Elbert J. Booij“Brieven :Taiwan ander verhaal” (28 augustus 2021) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.