preparar

Portugees

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
preparar
preparava
preparado
volledig

Werkwoord

preparar

  1. voorbereiden


  1. klaarmaken, voorbereiden, prepareren
  2. klaarstomen, vormen, opleiden


Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /pɾe.paˈɾaɾ/
Woordafbreking
  • pre·pa·rar

Werkwoord

preparar

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
preparar
preparaba
preparado
volledig
  1. overgankelijk klaarmaken, voorbereiden, prepareren
  2. klaarstomen, vormen, opleiden
Synoniemen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.