priesterlijk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  priesterlijk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pries·ter·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen priesterlijkpriesterlijkerpriesterlijkst
verbogen priesterlijkepriesterlijkerepriesterlijkste
partitief priesterlijkspriesterlijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

priesterlijk [1]

  1. behorend bij het priester-zijn; behorend bij bij priester ambt
     "Velen van ons zijn door de recente gebeurtenissen rond misbruik in de kerk aangezet tot een diepere reflectie over ons priester-zijn, onze functie en positie in onze eigen omgeving en over ons priesterlijk dienstwerk", schrijft bisschop Wiertz in zijn uitnodiging aan de priesters.[2]


Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord priesterlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Bisschop eist bezinning priesters” (Maandag 20 september 2010, 12:12), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.