raaskallen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  raaskallen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • raas·kal·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
raaskallen
raaskalde
geraaskald
zwak -d volledig

Werkwoord

raaskallen

  1. inergatief onzin uitkramen, wartaal spreken
    • Hij raaskalde maar wat. 
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord raaskallen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.