rast

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rast    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rast

Bijvoeglijk naamwoord

rast

  1. onverbogen vorm van de overtreffende trap van ras

Gangbaarheid

  • Het woord rast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Zweeds

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

rast g

  1. pauze
    «Barnen har rast halv elva varje dag.»
    De kinderen hebben elke dag om half elf pauze.
Verbuiging
rasts enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     rast     rasten     raster     rasterna  
  genitief     rasts     rastens     rasters     rasterna  
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.