regentje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  regentje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • [1] re·gen·tje
  • [2] re·gent·je

Zelfstandig naamwoord

hetregentjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord regen
  2. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord regent

Gangbaarheid

  • Het woord regentje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.