richtte af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  richtte af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • richt·te af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
africhten

richtte af

  1. enkelvoud verleden tijd van africhten
    • Ik richtte af. 
    • Jij richtte af. 
    • Hij, zij, het richtte af. 

Gangbaarheid

  • Het woord richtte af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.