roderen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  roderen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ro·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
roderen
rodeerde
gerodeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

roderen

  1. overgankelijk voorzichtig rijden met iets en het zo geschikt maken voor gebruik, inrijden
Afgeleide begrippen
  • rodage
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord roderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
34 %van de Nederlanders;
79 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.