roemrijk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  roemrijk    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrumrɛik/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • roem·rijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen roemrijkroemrijkerroemrijkst
verbogen roemrijkeroemrijkereroemrijkste
partitief roemrijksroemrijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

roemrijk

  1. met bij veel mensen veel verdiende eer
    • Ook HCKZ-clubicoon Ties Kruize maakte zich sterk voor de komst van de beide Indiërs, van wie Singh afkomstig is uit een roemrijke hockeyfamilie uit de deelstaat Punjab. Zijn vader en zijn oom speelden in de ploeg die in 1973 de WK-finale in Amstelveen verloor van het - door Kruize geleide - gastland. [2]
Typische woordcombinaties
  • roemrijk verleden: vroegere bloeitijd met historische successen

Gangbaarheid

  • Het woord roemrijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.