rondrijden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rondrijden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rond·rij·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
rondrijden
reed rond
rondgereden
klasse 1 volledig

Werkwoord

rondrijden

  1. inergatief rijden zonder een bepaald doel of met het doel de omgeving te verkennen
    • Hij heeft een tijdje rondgereden op zoek naar een parkeerplaats, maar is uiteindelijk maar naar de parkeergarage gegaan 
     Bij de start van het seizoen zullen de twee Red Bull-coureurs in bolides rondrijden met een veel bekender kleurenpatroon. De afgelopen jaren presenteerde Red Bull rond de testdagen steevast een wagen in camouflagekleuren.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord rondrijden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Red Bull weer met camouflagekleur bij presentatie, Mercedes toont W10” (Woensdag 13 februari 2019, 14:22), NOS
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.