rubde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rubde    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrʏbdə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • rub·de
Woordherkomst en -opbouw
  • rub met de uitgang -de

Werkwoord

vervoeging van
rubben

rubde

  1. enkelvoud verleden tijd van rubben
    • Ik rubde. 
    • Jij rubde. 
    • Hij, zij, het rubde. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'rubde' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.