safarigangers
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: safarigangers (hulp, bestand)
- IPA: / saˈfariˌɣɑŋərs / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- sa·fa·ri·gan·gers
Woordherkomst en -opbouw
- safariganger zn met de uitgang -s
Zelfstandig naamwoord
de safarigangers mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord safariganger
- ▸ De Afrikaanse buffel, ook bekend als kafferbuffel, hoort bij de ‘big five’, de dieren die safarigangers graag willen zien en jagers graag willen schieten: buffel, neushoorn, olifant, luipaard en leeuw.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'safarigangers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Afrikaanse buffel Horizon is tien miljoen euro waard” (16 februari 2016) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.