samenstromen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  samenstromen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sa·men·stro·men
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
samenstromen
stroomde samen
samengestroomd
zwak -d volledig

Werkwoord

samenstromen

  1. ergatief in groten getale bijeenkomen
    • Een grote massa mensen was op het plein samengestroomd. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord samenstromen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.