schimpig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schimpig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • schim·pig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen schimpigschimpigerschimpigst
verbogen schimpigeschimpigereschimpigste
partitief schimpigsschimpigers-

Bijvoeglijk naamwoord

schimpig [1]

  1. met honende eigenschappen
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord schimpig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
46 %van de Nederlanders;
57 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.