sjå

Noors

Uitspraak

Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
IPA: /ʃoː/

Woordafbreking

sjå

Woordherkomst en -opbouw

Afkomstig van het Oudnoorse woord sjá.

stamtijd
onbepaalde wijs	tegenwoordige tijd	verleden tijd	voltooid deelwoord
sjå	ser	såg	sett
onregelmatig

Werkwoord

sjå

onovergankelijk zien
onovergankelijk kijken
overgankelijk bekijken

Synoniemen

[1-3]: Noors: se

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.