spant samen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  spant samen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈspɑnt ˈsamə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • spant sa·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
samenspannen

spant (…) samen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenspannen
    • Jij spant samen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenspannen
    • Hij spant samen. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van samenspannen
    • Spant samen! 

Gangbaarheid

  • Het woord spant samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.