sprakeloos

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sprakeloos    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • spra·ke·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen sprakeloossprakelozersprakeloost
verbogen sprakelozesprakelozeresprakelooste
partitief sprakeloossprakelozers-

Bijvoeglijk naamwoord

sprakeloos

  1. niet kunnende spreken

Gangbaarheid

  • Het woord sprakeloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.