susceptibel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  susceptibel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sus·cep·ti·bel
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Franse susceptible
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen susceptibelsusceptibelersusceptibelst
verbogen susceptibelesusceptibeleresusceptibelste
partitief susceptibelssusceptibelers-

Bijvoeglijk naamwoord

susceptibel [1]

  1. vatbaar, ontvankelijk
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord susceptibel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
34 %van de Nederlanders;
56 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.