tchvå
Waals
| enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|
| zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
| tchvå | li tchvå | tchvås | les tchvås |
Zelfstandig naamwoord
tchvå m
- (onevenhoevigen) paard
- «Les maladeyes des tchvås polnut esse rindjeyes sorlon les cåzes, u sorlon les organes la k' ele si rashiyèt.»
- Paardenziekten kunnen gerangschikt worden naar hun oorzaak of naar de organen die zij aantasten.
- «Les maladeyes des tchvås polnut esse rindjeyes sorlon les cåzes, u sorlon les organes la k' ele si rashiyèt.»
Synoniemen
- tchivå
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.