telle

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  telle    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tel·le

Werkwoord

vervoeging van
tellen

telle

  1. aanvoegende wijs van tellen

Gangbaarheid

  • Het woord telle staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˡtelə/
Woordafbreking
  • tel·le
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse telja.
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
telle
teller
tellet
tellet
Klasse 1 zwak optioneel
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
telle
teller
talte
telte
talt
telt
Klasse 2 zwak optioneel

Werkwoord

telle

  1. tellen

Werkwoord

telle opp

  1. afpassen, tellen
    «To ansatte var i ferd med å telle opp kassabeholdningen da raneren slo til.»
    Twee medewerkers waren bezig met het tellen van de kasmiddelen toen de overvaller toesloeg.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.