termineren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  termineren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ter·mi·ne·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
termineren
termineerde
getermineerd
zwak -d volledig

Werkwoord

termineren [2]

  1. overgankelijk (formeel) beëindigen, afsluiten
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord termineren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.