tiid

Fries

Woordafbreking
  • tiid
enkelvoud meervoud
naamwoord tiid tiden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

tiid g

  1. tijd
Uitdrukkingen en gezegden
  • op 'e tiid
op tijd
  • mei de tiid
met de tijd
  • om dy tiid
omstreeks die tijd
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.