torenen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  torenen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • to·re·nen
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van toren met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
torenen
torende
getorend
zwak -d volledig

Werkwoord

torenen [1]

  1. als een toren oprijzen
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord torenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
72 %van de Nederlanders;
54 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.