tramo

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • tra·mo
enkelvoud meervoud
tramo tramos

Zelfstandig naamwoord

tramo m

  1. stuk, gedeelte, baanvak, traject, sector
Synoniemen

Verwijzingen

    Werkwoord

    vervoeging van
    tramar

    tramo

    1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van tramar
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.