tweevoetig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tweevoetig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • twee·voe·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen tweevoetig
verbogen tweevoetige
partitief tweevoetigs

Bijvoeglijk naamwoord

tweevoetig

  1. lopend op twee voeten
    • De mens is een tweevoetig wezen, vogels zijn tweepotig. 
  2. van een voetballer dat hij zowel zijn linker- als zijn rechtervoet kan gebruiken om te schieten

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord tweevoetig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.